De NRC gaat het nog heel moeilijk krijgen

 

Zaterdag 23 april is de laatste dag dat de NRC, na bijna 200 jaar, verschijnt als avondkrant. Vanaf maandag erna wordt het dus concurreren met De Volkskrant, Trouw of Het Parool. Dat zal nog een lastige klus worden. Voor dubbellezers, zoals ik, was het betrekkelijk eenvoudig. ‘s Morgens een krant met vers nieuws, goeie foto’s, prikkelende columns, een paar leuke brieven en het weerbericht. Dan ben je helemaal op de hoogte, als de (werk)dag begint. ‘s Avonds in de NRC een iets andere formule: meer achtergrond en opinie, wat serieuzer, maar wel weer met een lichtvoetige achterpagina.

Nu ploffen er twee of drie kranten tegelijk op de mat. Dat wordt vergelijken. Ik ben bang dat de NRC daarbij het onderspit gaat delven. En dat is haar eigen schuld. Jaren geleden is daar het misverstand ontstaan dat lezers minder behoefte zouden hebben aan nieuws. “Je kan tegenwoordig alles direct online lezen” was het argument. Of opzoeken. Dat geldt misschien voor de redacteuren zelf, maar niet voor mensen met een drukke baan in het onderwijs, het bankwezen of noem maar op. Die willen weten wat er in de wereld is gebeurd en hoe dat spannende Kamerdebat, of die voetbalwedstrijd van de avond ervoor is verlopen.

Wie zit er in een drukke trein te wachten op ellenlange achtergrondartikelen? Of nadere duiding door een of andere hotemetoot? Vaak flink losgezongen van de actualiteit, want hobbyisme voert bij de NRC de boventoon. Daar komt bij dat de journalisten en columnisten van de Volkskrant gewoon scherper en beter zijn. Maarten Keulemans, Paulien Cornelisse, Sander Donkers. Sylvia Witteman, ik zou ze voor geen goud willen missen. Plus de onthullingen uit politiek Den Haag, zoals recent over D66. En dan de brievenrubriek op zaterdag, heel divers en vaak erg geestig. Daarbij vergeleken is de rubriek in de NRC van een zouteloos dominee-gehalte. En dan vergeet ik nog bijna de kleurenbijlage.

Een krant behoort prikkelend te zijn en nieuws te brengen. Veel nieuws. Elke dag weer. Vooral als-ie ’s ochtend verschijnt.

Oekraïns nationalisme heeft oude papieren

 

De Russische agressie tegen Oekraïne heeft niet alleen het Westen op ongekende wijze verenigd, maar verandert ook de relatie tussen Oekraïne en  Rusland ingrijpend ten gunste van het Westen.  De oorlog tegen het Rusland van Poetin, maar ook de afschuwelijke ervaringen met de terreur van het bolsjewistische bewind versterken alleen maar het geboorterecht van een onafhankelijke natie.

De verschrikkelijke beelden van onschuldige lukraak dood geschoten burgers door Russische legereenheden in de voorsteden van Kiev was voor het Tsjechische parlement dezer dagen aanleiding  de ‘holodomor’ te herdenken. Dit voorjaar was het namelijk negentig jaar geleden dat de grootscheepse, langzame maar trefzekere uitmoording van Oekraïnse boeren en hun gezinnen in de jaren 1932 en ’33 begon. Deze is als de holodomor (hongermoord) bekend komen te staan. Hun fout was dat zij zich gekeerd hadden tegen Stalins plannen om de landbouw te collectiviseren door middel van grote staatsboerderijen. Als straf werd hun systematisch elk voedsel  onthouden: fanatieke partijgangers haalden al het eten weg en verhinderden ook dat ze dit zelf konden verbouwen. Ze kregen door de bolsjewieken het stempel opgedrukt van ‘koelakken’ (rijke boeren die hun personeel uitbuitten.) Personeel hadden ze echter meestal niet, maar het feit dat ze eigenaar waren van een boerderij maakte hen in de marxistische ideologie al tot klassevijanden. Daarom moesten ze vernietigd worden zodat de bolsjewistische  revolutie kon slagen.

De staatsboerderijen bleken al vrijwel direct catastrofaal voor de voedselproductie, want ze haalden het eigen initiatief weg. Toch  weerhield dit Stalin niet om deze aanpak door te zetten. Schokkende foto’s van de uithongering van volwassenen en kinderen  die stervend of al dood in hun boerderijen of langs de weg lagen, bereikten destijds slechts mondjesmaat het Westen. De Britse journalist Malcolm Muggeridge, die op eigen onderzoek uitging in Oekraïne , noemde in een verslag voor de Britse krant The Guardian het ’een van de monsterlijkste misdaden ooit, zo bruut zelfs, dat men het in de toekomst niet zou kunnen geloven’.

De Canadese onderzoeker Robert Conquest documenteerde in de jaren tachtig in zijn Harvest of Sorrow deze afschuwelijke gebeurtenis  tot in de kleinste details en stelde vast dat zeker drie miljoen boeren daardoor om het leven waren gekomen. Hij  vergeleek hun lot met dat van de joden onder het naziregime. Werden deze uit racistische motieven gedood, in Oekraïne (maar ook in de rest van de Sovjet-Unie ging) het om een middenklasse die in de communistische ideologie niet langer recht op bestaan had. Ter voorbereiding van hun vernietiging waren ze in langdurige haatcampagnes als vee afgeschilderd dat geen medelijden verdiende. ‘Moskou gelooft niet in jullie tranen’, zeiden de uitvoerders van deze vernietiging tegen  de boeren.

Parallel

Er is een parallel te trekken met de  Russische legereenheden die de afgelopen weken honderden Oekraïnse burgers koelbloedig vermoord hebben. Sinds de Maidanrevolutie van 2014, toen de Oekrainers de pro-Russische president Janoekovitsch verjoegen, worden zij in de Russische staatsmedia als nazi’s afgeschilderd die genocide plegen op de nog aanwezige Russen. Ze mogen daarom volgens Poetin rücksichlos worden afgeslacht.

Naast afkeer van de communistische  ideologie speelde bij de Oekraïnse boeren in de jaren dertig ook verzet tegen het bestuur van Moskou steeds een belangrijke rol. Dat was een reden te meer voor Stalin om ze als bevolkingsgroep te liquideren. Tegelijkertijd waren ze eeuwenlang door de Russen als een broedervolk beschouwd waarmee ze nauwe familiale banden hadden. Oekraïne met Kiev als hoofdstad was immers de streek waar de  Russische staat in de Middeleeuwen haar oorsprong  aan dankte, maar na de bijna twee eeuwen durende  Mongoolse overheersing was Kiev ten onder gegaan en onder invloed van Pools en en Litouws bestuur gekomen en daardoor verwesterd. Pas onder tsarina Catharina de Grote was Oekraïne en ook Wit-Rusland in de achttiende eeuw weer onder het gezag van Moskou gekomen. Al spoedig ontwikkelde zich in Oekraïne een nationalistische beweging voor onafhankelijkheid van Rusland die de tsaren vergeefs probeerden te onderdrukken. Tijdens  de bolsjewistische revolutie grepen de Oekraïners  hun kans. Lenin  presenteerde de bolsjewistische omwenteling als een internationalistische  beweging die nationale gevoeligheden tot op zekere hoogte wilde respecteren.

Het Oekraïnse nationalisme werd gedoogd op voorwaarde dat het de doelstellingen van de bolsjewieken niet in de weg zou staan.  Zo kon Oekraine en Wit-Rusland bij de creatie van de Sovjet-Unie in 1922 uitgeroepen worden tot aparte republiek. Maar vervolgens werd door middel van de bolsjewistische  partij, die in elke republiek zijn eigen afdeling had,  het bestuur van land  alsnog gecentraliseerd. De onafhankelijkheid van de republieken was dus schijn.

Toen in de nadagen van  de Sovjet-Unie de alleenheerschappij van de communistische partij werd gebroken en Jeltsin de leiding kreeg over Rusland eisten verscheidene Sovjetrepublieken waaronder de Baltische landen en Georgië de onafhankelijkheid op.  Ook in Oekraïne en Wit-Rusland wilde men zich losmaken van Moskou. Met de leiders van Oekraïne en Wit-Rusland, die als de meest verwante buurlanden van Rusland werden beschouwd,  onderhandelde Jeltsin in het najaar van 1991  om tot een soort nieuw soort Gemenebest te komen als alternatief voor de oude Sovjet-Unie. Toen de Oekraïners bij referendum in augustus 1991 voor ruim negentig procent kozen voor onafhankelijkheid, gaf Jeltsin dit plan op. Volgens de Amerikaans-Oekraïnse historicus Serhii Plokhy was daarmee de kans verkeken om de oude Sovjetstatenband in een nieuwe vorm te behouden. Jeltsin had immers aan de Amerikaanse president Bush sr. verklaard dat het niet-Europese, lees: Aziatische element  daarin zou domineren wanneer het relatief volkrijke Oekraïne daarbuiten zou blijven. En dat kon Jeltsin niet accepteren, dus viel de Sovjet-Unie alsnog uiteen.

Poetins kijk

In zijn zomer vorig jaar verschenen essay waarin hij het recht op een zelfstandig bestaan van Oekraïne ontkende, herschreef Poetin de geschiedenis van de band tussen Rusland en Oekraïne op uiterst tendentieuze wijze. Het zou alleen aan Lenin hebben gelegen dat Oekraïne in 1922 een aparte republiek in de Sovjet-Unie was geworden. Hij ‘vergat’ dat al vanaf het begin van de negentiende eeuw in Oekraïne een levendige beweging voor zelfstandigheid  was ontstaan die met een  politiek van russificatie door de tsaren werd onderdrukt. Maar in het westelijk deel met Lviv (Lemberg) als voornaamste centrum dat beurtelings lange tijd onder Pools en later Oostenrijkse invloed stond werd naast Oekraïns ook Duits en Pools gesproken. Het Oekraïnse nationalisme manifesteerde zich tijdens de Tweede Wereldoorlog opnieuw nadrukkelijk. De Oekraïners waren uiteraard de vreselijke slachtingen niet vergeten uit het begin van de jaren dertig en daarom werden de Duitse legers aanvankelijk als bevrijders binnengehaald. Maar het enthousiasme bekoelde al heel snel toen Hitler niet alleen de joden maar ook de Slaven als Untermenschen aanzag en zij evenzeer voor vernietiging in aanmerking kwamen. Toch liet het nazisme een kleine schare van aanhangers in Oekraïne achter. Zij keerden zich tegen de Sovjetlegers om Oekraïne van de Duitsers te bevrijden. Het zijn deze randgroeperingen die Poetin dankbaar gebruikt in zijn propagandaoorlog tegen Oekraïne om de Russische invasie te rechtvaardigen.

Het resultaat van de Russische agressie  is ongewis, maar het moge duidelijk zijn dat de tussenoplossing om Oekraïne als neutrale bufferstaat die de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger nog in 2014 bepleitte niet langer kans van slagen heeft. Oekraïne kan alleen nog als zelfstandige natie voortbestaan, ook al zal de strijd daarvoor nog lang duren.

 

 

 

Opkomst schande

 

Dit land is misschien wel het meest evenwichtig ontwikkelde land in de wereld. Er is grote welvaart en in veel opzichten ook welzijn. Er zijn voor iedereen volop kansen goed onderwijs te genieten. Grote natuurrampen blijven dit land vrijwel altijd bespaard. De zomers en de winters zijn er mild en het voorjaar is er van een bovennatuurlijke schoonheid. Al eeuwenlang loopt dit land bij grote levensvraagstukken voorop in de wereld. Er is volop werkgelegenheid. Alle geneugten van het leven zijn voor vrijwel iedereen bereikbaar. Het is een land van melk en honing, dat in de hele wereld bewondering oproept. Natuurlijk zijn er ook minpunten te bedenken, maar die kunnen in alle vrijheid worden besproken en aangepakt. Want bovenal is er vrijheid, vrijheid om te zeggen wat je wil, vrijheid om af te wijken van het gebruikelijke, vrijheid om je leven naar eigen inzicht in te richten.

In dit land kregen alle burgers deze week de gelegenheid in volle vrijheid hun lokale bestuur voor de komende vier jaar te kiezen. Drie dagen lang. In comfortabele stembureaus, die zelden meer dan een kilometer verderop zijn gesitueerd. En wat gebeurt? Nauwelijks de helft van al die burgers komt opdagen. Lees verder Opkomst schande

De echte vernedering van Rusland komt nog

 

Niemand weet precies waarom Putin de oorlog tegen Oekraïne is begonnen. Maar sommigen hebben een sterk vermoeden: het is de schuld van het Westen. Wij hebben immers Rusland bewust en stelselmatig vernederd na het echec van de Sovjet Unie.

Dat betoogde ook Ian Buruma, normaal een erudiet en evenwichtig schrijver. De Sovjet Unie was vermolmd en alles stortte in 1990 fluks in elkaar, schreef hij recent in de NRC. En vervolgens: ‘De Westerse machten hebben niets gedaan om die vernedering te verzachten. Putin was toen een KGB-agent in Oost-Duitsland. Hij doet nu alles om die vernedering te wreken’. Kortom, als wij Rusland niet hadden vernederd, was er nu geen bloedige oorlog in Oekraïne.

Precies een eeuw geleden speelde hetzelfde. Als de Geallieerden in 1919 het arme Duitsland niet zo hard hadden aangepakt in Versailles, was de Tweede Wereldoorlog nooit uitgebroken. Alsof niet miljoenen Fransen waren gesneuveld en half Frankrijk met de grond gelijk gemaakt door toedoen van Der Kaiser. Terwijl in Duitsland zelf geen dakpan was beschadigd. Maar nee, Frankrijk had nooit al die herstelbetalingen mogen vragen. Dat was zo’n vreselijke vernedering. En toen moest Hitler wel alles doen om die vernedering te wreken.

Het was niet het Westen dat Rusland in 1990 en daarna heeft vernederd. Dat hebben ze zelf gedaan. Nu is er iets anders aan de hand. Rusland is bewust een oorlog begonnen, waarvan het nog tien, twintig jaar de gevolgen zal ondervinden. En op een veel grotere schaal dan in de jaren negentig. Het eens zo machtige Rusland zal verworden tot een paria-staat. Bankroet en door iedereen geboycot. Dat is pas de echte vernedering.

 

KIEV, EEN TROTSE STAD

 

Het oogverblindende St. Michaëls klooster met zijn gouden koepels domineert Kiev. Het is er altijd druk. Orthodoxe monniken lopen af en aan. Beneden zie je de brede, trage Dnjepr stromen. Wat mij het meest opviel was de eindeloze vlakte die zich naar het oosten uitstrekte. Die horizon! Tot de Oeral en nog veel verder is er eigenlijk niets. Geen steden. Alleen grasvlakten en miljoenen schriele berkenbomen. Daar begint het oude, primitieve Rusland.

Kiev was eeuwenlang de parel van Rusland. Vanaf 1325 het religieuze en culturele centrum. Tot het door de slaperige provinciestad Moskou en later St.Petersburg werd overvleugeld. Ik was er in 1995 om een cursus te geven over burgerschapskunde, democratie en onafhankelijke journalistiek. De  deelnemers waren meest ambtenaren, die duidelijk moesten wennen aan hun nieuwe rol als dienaren van de publieke zaak in plaats van onderdrukkers. Heel timide ook. Op vragen als: wat vindt u er zelf van, volgde meestal een verlegen stilzwijgen. Daar waren ze nog nooit mee geconfronteerd.

Nu vechten ze tegen een nieuwe onderdrukker. Dertig jaar geleden begonnen ze heel voorzichtig uit hun schuilplaats te kruipen. En vooruit te kijken. Niet meer naar het oosten, maar naar het westen. En hopen op meer democratie en meer openheid.

Dat vertelde mij een leraar wiskunde op de zaterdagmarkt in de bovenstad. Hij had zijn nieuwsgierig zoontje bij zich van een jaar of twaalf. Om wat bij te verdienen verkocht hij oude Sovjet camera’s. Ik heb er drie gekocht voor een habbekrats. En hem good luck gewenst. Hoe zou het ze gaan? Alle kans dat zijn zoon nu mee vecht om zijn prachtige stad te beschermen tegen een KGB barbaar.