City of Glass, een cyklus. Poëzie (Eigen beheer, 1960.)
In 1960 publiceerde ik mijn eerste bundeltje gedichten getiteld ‘City of Glass’. Nu, zestig jaar later, ontdek ik in het Groningse dagblad Nieuwsblad van het Noorden van 14 juli 1961 een recensie door J.G. De Haas. Hij vergelijkt onder de titel ‘Louter modernen’ een aantal dichters, waaronder dit jonge broekje en schrijft:
‘Het irreële gestalte te geven is geen geringe opgaaf. En hoe verdienstelijk de auteur de sfeer ook weet te treffen, hoe suggestief zijn beelden soms ook zijn, toch geloof ik dat hij niet in alle opzichten geslaagd is. De stof eist een groter meesterschap en – hoe vreemd het ook klinken moge – bovenal een groter vakmanschap. Juist de conceptie van het irreële dient te rusten op een basis van een technisch kunnen. Maar van een uiterst verdienstelijke poging is hier zeker sprake.’
Theo Monkhorst
