‘Rozen en Rook, een geweldige roman.
‘Rozen en rook is een prachtige roman, een aanwinst voor het Nederlandse literaire arsenaal. Het gaat over het verlangen naar menselijkheid, de menselijke maat, het belang van cultuur en taal. Als “Rozen en Rook” in het Engels of Frans was verschenen, was Monkhorst een internationale literaire bestsellerauteur geworden met een miljoenenoplage.’’
Dit schrijft de heer H.A.A. Hameleers in een recensie op de website van Boekhandel Paagman:
“Rozen en Rook’ is de titel van de zojuist verschenen roman van de Haagse auteur Theo Monkhorst. Deze roman vormt samen met de dubbelroman “De zegen van Weemoed” een trilogie en familiekroniek van het begin van de twintigste tot het midden van de eenentwintigste eeuw, waarin families uit Oost en West, uit Nederland, Engeland, Libanon en Frankrijk met elkaar versmelten. In “De Zegen van Weemoed” was Pieter Fransman de hoofdfiguur, in “Rozen en Rook” is dat zijn kleinzoon Walid Fransman.
Alhoewel “Rozen en Rook” deel uitmaakt van een trilogie is deze roman uitstekend als zelfstandig literair werk te lezen. Het verhaal speelt zich af in 2050. Normaal heb ik als lezer niet zoveel met verhalen die zich in de toekomst afspelen, maar van een Engelse docent vroeger op de universiteit heb ik geleerd dat “One day the future will become part of the present, but the past, however, never will”. De herinnering aan die uitspraak trek ik altijd even uit mijn diepste hersenkrochten om mijn weerzin tegen toekomstromans te overwinnen. Dat deed ik nu ook, maar reeds na enkele bladzijden merkte ik dat dat onnodig was.
Dit is zo’n goed boek, goed geschreven, goede plot, fraaie karakters, leuke visies, en zoals een goed literair werk betaamt, te lezen op verschillende niveaus.
In de wereld van 2050 die Theo Monkhorst schetst is de EU uit elkaar gevallen, heeft iedereen een basisloon, vindt vervoer overwegend met elektrische zwevende voertuigen (creatief in het Engels en Frans door Monkhorst verwoord als “floating vehicles/efvees of véhicules flottants/véfs”), worden burgers voortdurend in de gaten gehouden en is de macht voorbehouden aan de zogeheten Centrale Autoriteit, de CA, waarbij ik iedere keer bij die afkorting moet denken aan Crédit Agricole, omdat het boek zich in Frankrijk afspeelt, en Cyborgs. De roman is te lezen als een fictieve familiekroniek, een avonturenroman, maar ook als een maatschappijkritisch verhaal, waarin actuele problemen als klimaatcrisis, toegenomen automatisering, doorgeslagen overheidsbemoeienis en controle dwang, ontmenselijking, minachting voor cultuur, systeem boven menselijkheid, de zegeningen maar vooral ook de negatieve aspecten van kunstmatige intelligentie op een prettige manier worden aangepakt. “Wiskunde heeft geen emotie en geen moraal en is daarom dus per definitie onmenselijk. Het gevaar is dat wiskunde dreigt de macht over te nemen. Kunstmatige intelligentie is wiskunde, kent daarom geen ethiek, en kan dus zonder schuldgevoel alles uitroeien dat niet tot haar domein hoort.”
Het boek gaat ook over de functie en het belang van taal als communicatiemiddel. Maar ook een dilemma als geslachtverandering komt op een fraaie metaforische wijze voor in dit boek. Als Cyborg Karl weer via operatieve weg terug zal worden gebracht tot een normaal mens, schrijft Monkhorst: “Karl zou een pijnlijke metamorfose moeten ondergaan vergelijkbaar met een genderwisseling.”
Ook het verdwijnen van gedrukte kranten en het schaars zijn van gedrukte boeken in 2050 stelt de auteur op een prettige wijze aan de kaak. “Gebruiken ze hier nog papieren kranten?” vroeg Walid verbaasd. “Jazeker. Je hebt nooit last van een elektriciteitsstoring, wat hier in de campagne nogal eens voorkomt. Maar we vinden het vooral leuk. Noem het nostalgie.”
Voordat Walid naar Frankrijk komt, woonde hij in London, Engeland. “Voor het onderzoek gebruikte Walid wat hij noemde de artistieke, ook wel analoge, methode. Volkomen willekeurig zwierf hij zonder digitale hulpmiddelen door de wijken. Geen camera, geen telefoon, alleen een balpen, een blocnote voor aantekeningen en schetsjes. In Engeland was hij een van de oprichters van een groep dichters en schilders die zich The Analogues noemden. Een protestgroep, die al snel populair werd omdat het publiek terugverlangde naar menselijkheid.”
In de roman spreekt Walid een keurig geklede oude heer aan. “Zoekt u naar boeken?” “Ja, er zijn er niet zoveel meer. Niemand leest meer boeken, ze laten ze achter als oud vuil.”
Kortom: een prachtige roman, een aanwinst voor het Nederlandse literaire arsenaal. Het gaat over het verlangen naar menselijkheid, de menselijke maat, het belang van cultuur en taal. Als “Rozen en Rook” in het Engels of Frans was verschenen, was Monkhorst een internationale literaire bestsellerauteur geworden met een miljoenenoplage.